De religie van de toekomst
door Klaus Opitz [Dld]
Onze wereld bevindt zich
in een toestand van omwenteling: "al
het oude zal voorbijgaan met zijn slechte en ordinaire vormen”. "Alle
staten zullen vernieuwd worden en de oude
kerk zal in een nieuwe overgaan."
(Hemelse G.03_49.03.05,05)
Jezus
heeft ons in de Geschriften der Nieuwe Openbaringen al veel aanwijzingen
gegeven, hoe Hij ‚Kerk‘ begrepen zou willen hebben:
‘Een
kerk is alleen kerk, als ze Mijn wil leert en Het Leven predikt uit de
liefde, Die bloedde aan het kruis voor de gehele Aarde, ja voor de totale
schepping.’ (Hemelse G.01,01)
„Op de Aarde bestaat er slechts één ware
kerk, en deze is de Liefde tot Mij in Mijn Zoon, die echter de Heilige
Geest in jullie is en geeft zich te verstaan door Mijn levende Woord, en dit
Woord is de Zoon, en de Zoon is Mijn Liefde en is in Mij en Ik doordring hem
volledig, en Wij zijn één, en zo ben
Ik in jullie en jullie ziel, wiens hart Mijn
woonplaats is, is de enige ware Kerk op de Aarde. In haar alleen is
eeuwig leven, en zij is de enig zaligmakende…“
(HuishG.01_004,09)
„Alleen
de kerk in het hart, die Ik heb gemaakt, is de einige
juiste en voor de hel voor altijd veilig
gesteld;
al het andere heeft de wereld uitgebroed, dat behoort
haar toe en geldt voor Mij eeuwig niets!’ (Hemelse G.03_47.05.25,11)
„Gaat daarom van te voren in de ware Kerk, waar leven is, - dan eerst
in de dode, zodat ze door jullie levendig wordt!‘ (HuishG.01_004,14)
Hier
moet het echter niet gaan over het thema kerk,
maar alleen daarom, wat Jezus ons heeft geopenbaard over de religie der
toekomst. Eerst naar de definitie, wat religie überhaupt betekent?
„De religie is een hereniging van de mens met God,
die buiten Zichzelf hem vrij heeft
geschapen en hoe buiten Zichzelf hem in de materiële wereld gesteld heeft, tot
beproeving en ontwikkeling van zijn vrijheid, dat alleen het leven van de geest
vereist, omdat zij in zich de liefde is, als het grondoerwezen
van al het Zijn!’ (HiG.02_44.05.21,01)
Onder de titel „Het volk van de toekomst“, zegt Jezus ons in het elfde deel van het
grote Johannes Evangelie:
‘Zoals een heel edele
plant uit een veel minder edele soort is ontstaan, langzaam, door het
zorgvuldig verzorgen en het wegsnijden van alle wilde scheuten, zo groeit ook
het volk
van de toekomst -dat één kudde zal
zijn, geleid door slechts één herder,
die Ik zal zijn -slechts door
langzame zorg, nadat er eerst heel veel weelderige wilde scheuten verwijderd zijn!’
(GJE.11_029,04) Betreffende
het thema ‘de religie van de toekomst’ daarin openbaart Jezus ons via Gottfried Mayerhofer in het
navolgende (uittreksel):
‘De
nieuwe religie, die dus weer op Aarde moet terugkomen, is en moet die van van de liefde zijn;
predikt daarom overal `de liefde`, laat iedereen zien,
dat liefde de oergrond van de gehele
schepping is, dat liefde in geestelijke zin ook over het graf voortduurt,
ja nog intensiever en geestelijker wordt en jullie zullen zien, dat jullie
grootste vijanden en tegenstanders jullie niet kunnen weerstaan, zoals jullie
niet anderen alleen de liefde predikt, maar ze zelf ook door daden bevestigt.
Zo zal de religie van de toekomst worden. De mensen zullen zich
verbeteren, zelfs het dierenrijk zal jullie vredelievend gezind worden, wanneer
jullie ze als heren van deze aarde wel vermoedend, maar liefdevol en ze niet
als vraatzuchtig consumerend indeeld!
O Mijn kinderen, er was een tijd, waar de liefde op deze Aarde nog de overhand had, waar de tijger en
de leeuw zich aan de mens voegden; alleen was deze tijd kort; de menselijke
hartstochten verduisterden het gemoed en verduisterd
werd ook de geestelijke blik van de mens en deze verloor zijn geestelijke
kracht; de onder de mensen staande dierenwereld, ja zelfs de elementen
stonden vijandig tegenover hem en hij, die Ik tot heer van deze kleine Aardebol
schiep, werd haar dienaar en dat is hij nog steeds.
Om dit 'Eden', dit
'paradijs' opnieuw weer te bereiken – daarvoor is jullie leven te kort. maar om
het weer aan te knopen, dat moet
jullie doel, jullie levenswerk worden!
Alleen, als jullie dit
wilt bereiken, dan moeten jullie, zoals Ik het jullie al zei, eerst met jullie eigen zelf, [ik] beginnen,
en dan met de materiële jullie omgevende
wereld.
Wordt eerst ‘mensen’,
morele, geestelijke mensen; verhef jullie boven het riool der zinnelijkheid en van de wereldse interesses; sta onbelemmerd! Roep met Mij: ‘Mijn Rijk is niet van deze wereld!’…
"Tot nu toe is
het duidelijk, dat Degene, wat Ik in iedere tijd in twee liefdes-wetten
verenigde, zolang de wereld bestaat, alleen de eenvoudigste, maar de meest
voldoende religie-grondbasis zal blijven, en
dit rijkelijk zal toezeggen aan degenen, die als verstandige geestelijke wezens
bij elkaar leven en de enige geestelijke
verbinding kan zijn, die wezens met wezens aan elkaar ketent; want het is
toch slechts de liefde, die Ik als wet, de joden eens heb voorgesteld en, hoe
jullie nu met voldoening weten, dat Ik dat in al het geschapene, in alle
naturen heb gelegd, omdat ze van Mij afstammend, deze eigenschap slechts
hoofdzakelijk innerlijk moeten hebben, die het meest gelijkend zijn aan hun
Meester, hun Vader.’…
"Zolang het grotere aantal mensen materieel denkt, materieel leeft, zolang zal ook de materiële-symbolieke godsdienst voor hen slechts voldoende zijn;
want ze willen zichtbaar en toonbaar laten blijken, wat zij als onzichtbaar
niet begrijpen. Maar zodra de meerderheid der mensen ook geestelijk gevormd worden en dan daardoor in staat zijn, ook het
zichtbare geestelijke te schouwen, dan zullen ze onder de schil van de
feitelijke kern wel iets vermoeden en dat later zelfs inzien.
Uit deze zielentoestand
van de meerderheid ontstaan de verschillende godsdiensten en uit dezelfde de
verschillende sekten, omdat hier en daar een
mens [gelovige] of een priester opstond, die het een en ander belichtte, zich
anders uitsprak, hierdoor aanhangers gewon, en een afzonderlijke eredienst
oprichtte, die hem en zijn volgelingen volgens hun opvatting, het meest beviel.
Naast bovenstaande, hoewel oprechte mensen soms naar het ware
zoeken, staan daarvoor in de plaats de materialisten,
de nihilisten [de ontkenners], enz., die het allemaal met hun kleine
mensenverstand willen doorgronden, en wat ver weg buiten hen ligt, dat alleen
als werkelijk bestaand te accepteren, voor wat zij kunnen aangrijpen of
afwegen..
"Hoe meer de onderzoeken op wetenschappelijke gebieden
voorwaarts schrijden, des te eerder zullen de mensen tot inzicht komen,
niet daarom, dat ze iets, maar dat ze nog helemaal
niets weten. En deze bekentenis van de eigen onmacht moet ze weer daarheen
terugleiden, vanwaar ze zijn uitgegaan, namelijk tot het geloof; maar niet tot het onvoorwaardelijke, maar tot het kinderlijk geloof, dat, zoals hen
overal het de zichtbare natuur toont, daarachter en in datzelfde een groot geestelijk rijk verborgen schuilt,
die de materie opbouwt, behoudt en doet vergaan. Dat maakt steeds afwisselend
een gaan van de ene fase naar de andere, volgens het geestelijk principe van
zijn afkomst, dat geleidelijk dichterbij voert, waar dan na miljoenen van
metamorfoseachtige gedaanteverwisselingen, de materie, zoals bij de vlinder,
die als een pop afvalt, in het geestelijke element vrij omhoog stijgt, en in
het brandpunt van al het zijn tegemoet treedt, waaruit ze eens voortkwam.
Zodra zulke meningen
onder de mensen algemeen worden, zal er ook een andere religieuze opvatting van de zichtbare wereld zich ontwikkelen; er zal geen verering meer nodig zijn, die de mensen in stenen huizen, bij jullie
‘kerken’ of ‘tempels’ genoemd, verzamelt, maar de vrije, onbegrensde natuur,
het alles omgevende en zichtbare, van het kleinste atoom tot de laatste ster
van de verst verwijderde nevelvlek, dat de leermeester zal zijn, die de
opmerkzame waarnemer via het materiële vlak naar het geestelijke zal leiden: dan
zullen Mijn woorden,…. eerst dan ook helemaal begrepen worden, die Ik eens
sprak en in alle eeuwen tot op vandaag de mensen liet verkondigen: ‘wie Mij aanbidden wil, moet Mij in de geest
en in de waarheid aanbidden!’ Want Ik ben een Geest en geestelijk bidden
betekent: voelen, hoe alles in Gods Geest ligt
verborgen, voelen hoe Hij Zijn liefde in alles heeft gelegd, zoals met en
door de liefde van elke wereld, van elke verblijfplaats en elke wereldse
toestand dit alleen kan worden tot een paradijs. En voelen, dat het slechts de
liefde is, die alles bevat en het grootste goed is van elk menselijk hart.
Wanneer
ieder mens of dier, overeenkomstig zijn eigen afstamming zijn plichten
voorlopig zelf uitoefent voor wat zijn omgeving betreft, en zo eerst Gods
liefde juist begrijpen en doorzien kan, wat in de twee liefdeswetten is
inbegrepen, namelijk de gehele zichtbare-
en onzichtbare schepping; zo beseft hij, dat de liefde zonder echte liefde niet
was ontstaan en kon voortbestaan!
Zonder liefde was het niet mogelijk geweest,
om alle grote gruwelen en dwalingen op
jullie Aarde zo lankmoedig te laten
dulden, zonder liefde was het niet denkbaar, dat Ik, de hoogste Heer tot jullie
verdwaalde kinderen zo spreek, zoals
Ik het zojuist deed.
Zonder liefde bestaat er geen
vertrouwen, geen vertrouwelijkheid en geen troost. Alleen
de gedachte: liefde kan niet straffen,
stelt ook diepere buigtoetsen voor, dan doorstroomt er een zachte warmte in
zijn hart bij zulke gedachten en als hij eerst nog de gehele natuur leert
begrijpen, hoe alles liefde ademt, waar
zelfs onder velerlei tegenspraak toch nog de liefde werkt. Dan zal een
ieder een religie, een religieuze getuigenis zich bewust zijn, die hem in alle
gevallen leiden en besturen zal en bij zijn goddelijke Vader geen pleitbezorger nodig heeft en die op Aarde
hier als naaste rechter alleen over zijn
eigen geweten is. Dan zal de zachte, de
steeds Zich gelijk blijvende Vader over
hem indachtig zijn, en een religie stichten, als de enigste, die door Mij gepredikt en door jullie opgevolgd, de religie van de toekomst moet uitmaken.
Wanneer na alle dwalingen
van de menselijke geest, na alle bittere ervaringen, die de mensen door eigen toedoen naar zich hebben
toegetrokken, dan zullen zij eindelijk
erkennen, dat het tevergeefs
is, zich tegen
de goddelijke wetten te
verzetten, wetten, die geen ijzeren, maar zachte liefdesbanden zijn en
moeten zijn, zoals ze tussen vader en kind de enigste der eeuwige vrede zijn;
dan zal Mijn
terugkeer op jullie Aarde, die de goeden met ongeduld verwachten, waar Ik als einige herder al Mijn schapen om Mij wil verzamelen,
plaats zal vinden, waar Ik vervolgens allen tot de hen bestemde doelen leiden
zal.
Dit
zal de religie van de toekomst zijn,
niet zoals de een of andere zelf iets in zijn hoofd heeft uitgebroed, maar
kosmische politiek, d.w.z. jullie mensen moeten
dan allemaal wereldburgers worden: maar niet jullie wereld of alleen maar
de kleine Aarde, maar onder ‚wereld‘
moeten jullie de gehele zichtbare- en
onzichtbare schepping verstaan, die jullie als levende of als gestorvene steeds
toebehoort en waar in het andere slechts de voortzetting is van het
plaatselijke, die jullie van fase naar fase voorwaarts leidt tot een echt geestelijke religiecultus.
En waar echter in plaats van duizend gedachteloze gesproken woorden, maar één
blik in Mijn Universum voldoende is, om jullie begrijpelijk te maken, wat Ik
ben en wat jullie ook zullen kunnen en moeten!
…De
religie van de toekomst kan zich nooit in een cultus uitspreken: want
elke ceremonie, elk ander zichtbaar vormingsmiddel, is te weinig, te klein, om
de opwaarts strevende geest van de mens
een zwak beeld, een zwak idee van zijn Schepper te geven. De religie van de toekomst heeft een
grotere maatstaf nodig, ze moet al het geschapene verstaan en leren begrijpen,
ze moet, zoals Ik boven al aangaf, van de laatste ster tot de kleinste atoom alles
in zich sluiten. Deze kerk – genoemd Universum – moet een altaar en een vereringsoord zijn, waaruit miljoenen wezens iedere seconde
de jubel over haar bestaan als gebed via het hart uiten, dat naar buiten
stroomt, en nooit zal eindigen, zolang een geestelijke ontwikkeling mogelijk is.
Te klein zijn al jullie kerken
en kathedralen; jullie genoemde gebouwen kunnen nog zo vele symbolische uitbeeldingen zijn, ze zijn echter niet voldoende, waar begrip over Mijn natuur
bestaat en waar geen zogenaamde verzamelplaatsen nodig zijn, om de mensen tot
geestelijke onderzoek over zijn werelds gedrag te vermanen.
De mens moet in vrije aard tegenover zijn Schepper staan,
Hem in alles erkennen en voelen, hij moet zich zijn afstamming zowel zijn
geestelijke missie bewust zijn, en het moet hem helder en duidelijk zijn, welke
wereldburger hij is, dan vallen hem alle barrières van de eenzijdige
godsdienst religiegebruiken af, die alleen de mensen hebben uitgevonden en uit
lichtgelovigheid van andermans domheid voordeel uit te halen.
De mensen schiep Ik als Heer van de wereld, als heer moet de
mens zich voelen; als heer moet hij ook zo handelen; houdt voor ogen het
kindschap en de eeuwige liefde, die de mens niet zomaar met geestelijke
uitgeruste eigenschappen ontving, maar Hij liet dit genadegeschenk de mens ten
deel vallen, om een vrije heer van zijn handelingen te worden, maar toch ook
nog een gebonden wezen van zijn geweten te
blijven, die nooit anders zal spreke, dan volgens de liefdewetten.
Op deze
wijze moet de mens de religie in zijn hart dragen,
die vooral door de buitenwereld het hem aangebodene weer door het innerlijke
van zijn eigen ik ver over het zichtbare
heen tot Diegene moet leiden, Die eens, in een mensengestalte de grote liefdewet heeft
verkondigd en via deze tot de mensen en na hun opvolging daarvan tot Zijn
kinderen wilde opvoeden.
Dit algemene streven, om
naar deze wetten te leven, is overal te bespeuren en zo verder en verder
opwaarts schrijdend, om het grote
einddoel na te streven, dit is de religie van
de toekomst; maar niet alleen de religie van deze kleine Aarde, maar van
het gehele universum en de grote geestelijke wereld.
Vatten jullie het zo op,
niet in beperkte mate, maar ruim, zoals Ik de mens de goddelijke vonk inblies,
groots, hoe Ik de mens daardoor maakte tot een wereldburger van Mijn Rijk, waar
eeuwig geen zon ondergaat, maar steeds het geestelijke van Mijn eigen Ik allen
zal verlichten, de geestelijke ogen, diens stralen op te nemen, eens zal meeneen. Amen‘.
(Uit:
Gottfried Mayerhofer, ,Die Religion der
Zukunft’ [‘De religie van de toekomst’],
„Lebensgarten“ [levenstuin] (Lorber
Verlag). - Volledige tekst: zie ook: www.JESUS2030.de, linker randkolom en beneden onder Themenregister [register over thema’s] - Suchbegriff [zoekterm] Zukunft
(Die Religion der) zoeken en aanklikken.)
UpToDate 2023-2024