De
genealogieën van Jezus
Het verslag
van Mattheüs geeft geen officiële inleiding, maar
begint met een genealogie die de afkomst van Jezus terugleidt naar Zijn
voorouder Abraham via de Koninklijke familielijn van koning David.
Mattheüs vermeldt 42 (3x14) van de ons bekende generaties en verdeelt deze in drie
groepen van veertien. De genealogie volgt de stamboom via Jozef, de wettelijke
vader van Jezus en de echtgenoot van de maagd Maria uit wie Jezus geboren werd.
De
genealogie van Mattheüs bevat een aantal die de
moeite waard zijn hier vermeldt te worden. In een ver verleden van Jezus'
voorouders vinden we niet alleen vermeldenswaardige rechtschapen mensen zoals
Abraham en David, maar ook enkele mensen die een opvallende plaats in de
geschiedenis innemen vanwege hun slechtheid, zoals de boosaardige koning Manasse.
In de lijst
vinden we niet alleen Joden, zoals we zouden verwachten, maar ook niet-Joden,
onder andere uit Kanaän en Moab,
streken waarvan de bewoners beruchte vijanden van Gods volk zijn geweest.
Gezien hun status in die tijd is het enigszins verrassend dat er ook vrouwen in
deze lijst voorkomen. Bovendien zijn tenminste twee van die vrouwen het meest
bekend vanwege de zonden die zij begingen.
Matthéus 1:1-17
1 Overzicht
van de afstamming van Jezus Christus,
zoon van David, zoon van Abraham. 2 Abraham verwekte Isaak,
Isaak
verwekte Jakob, Jakob verwekte Juda en zijn
broers, 3 Juda verwekte Peres (en Zerach bij Tamar), Peres verwekte Chesron, Chesron verwekte Aram, 4 Aram verwekte Amminadab, Amminadab verwekte Nachson, Nachson verwekte
Salmon, 5 Salmon verwekte Boaz bij Rachab, Boaz verwekte Obed bij Ruth, Obed verwekte Isaï,
6 Isaï verwekte
David, de koning.
[6] (David verwekte Salomo bij de vrouw van Uria)7 Salomo
verwekte Rechabeam, Rechabeam verwekte Abia, Abia verwekte Asaf, 8 Asaf verwekte Josafat, Josafat verwekte Joram, Joram
verwekte Uzzia, 9 Uzzia verwekte Jotam, Jotam verwekte Achaz, Achaz verwekte Hizkia, 10 Hizkia verwekte Manasse, Manasse verwekte
Amos, Amos verwekte Josia, 11 Josia verwekte Jechonja en zijn broers ten tijde van de Babylonische
ballingschap.
[11]. Na de
Babylonische ballingschap verwekte Jechonja Sealtiël.12. Sealtiël verwekte Zerubbabel, 13 Zerubbabel verwekte Abiud, Abiud verwekte Eljakim, Eljakim verwekte Azor, 14 Azor verwekte Sadok, Sadok verwekte Achim, Achim verwekte Eliud, 15 Eliud verwekte Eleazar, Eleazar verwekte
Mattan, Mattan verwekte Jakob, 16 Jakob verwekte Jozef, de man van Maria. Bij haar werd Jezus (17) verwekt, die Christus
genoemd wordt.
Matth.1 beschrijft de wortel(s) en het
geslacht van David (Openb.22:16), d.w.z. waar de oorsprongen van de dynastie
van David liggen en via welke route de kroon bij de uiteindelijke Rechthebber
terecht komt. In Mattheüs
staat dat Jakob (de man van Maria) Jozef verwekte,
terwijl in Lukas wordt gezegd dat Jozef "van Eli" was. Wát van Eli?
Dat moet de schoonzoon zijn. Als dat inderdaad zo is, is het register in Lukas
dus dat van Maria en het register in Mattheüs dat van
Jozef. Er bestaat niet zoiets als een
biografie van Jezus in de Bijbel. Verreweg het grootste deel van Zijn leven is
onbeschreven. De enige jeugdherinnering die we van Hem hebben is dat Hij bezig
was in de dingen van Zijn Vader. Lucas 2:49
Mattheüs voert Jezus op als ‘de
zoon van David, de zoon van Abraham’. Het register dat dan volgt demonstreert
dit. Markus beschrijft Jezus als Diensknecht en Zijn geslachtsregister niet
uit. De antecedenten van een slaaf doen immers niet ter zake! Lukas toont Jezus
als de Zoon des Mensen (Ben haAdam), "het zaad
der vrouw". Zijn register is dat van Maria en gaat helemaal terug tot
Adam. Johannes beschrijft Jezus als de Logos, het Woord dat vlees geworden is.
Johannes vangt daarom zijn Evangelie aan met wat al "in den beginne"
was.
Van Jechonja
(= koning Jojakin) lezen we de godsspraak dat geen
van zijn nakomelingen op de troon van zijn vader David zouden zitten. Jozef, de
man van Maria stamt van deze koning af. Dit betekent, dat wanneer Jezus door
Jozef zou zijn verwekt, Hij dus nooit op de (al lange tijd vacante) troon van
David zou kunnen regeren. Ontkenning van de maagdelijke geboorte van Jezus is
dus tevens Hem diskwalificeren als Messias. Jeremia
22:30; Matteüs 1:12; Lucas 1:32; Matteüs
1:21
De vier keren dat in dit register naar een vrouw verwezen
wordt (Tamar, Rachab, Ruth
en de vrouw van Uria) onderstreept het waarom van
Jezus' naam: Hij is het die Zijn volk zal redden
van hun zonden. Alle vier namen verwijzen naar minder
fraaie episoden in Israëls geschiedenis.
In 1:8
lezen we "Joram verwekte Uzzia". Hier zijn
drie goddeloze generaties van koningen weggelaten. Zij hebben zich schuldig
gemaakt aan zaken waarvan God in het wetboek gezegd had, dat wie dergelijke
dingen bedrijft, diens naam zou van onder de hemel worden uitgewist. De frase
"Joram verwekte Uzzia" getuigt dus
stilzwijgend van een God die Zijn Woord gestand doet. Deut.29:20
De
veertien in dit register is een markant getal (1:17). 14 is het getal van
David. Niet slechts omdat hij de veertiende is in dit register maar ook omdat zijn
naam de getalswaarde veertien heeft (DWD = 4-6-4). Zijn naam betekent geliefde.
Het register beschrijft drie maal veertien geslachten (1:17), wat
een totaal oplevert van tweeënveertig geslachten. In Num.33 vinden we een
opsomming van 42 plaatsen die de reis van het volk Israël markeren. Na deze 42
komt Jozua (dezelfde naam als 'Jezus'!) die zijn volk
het beloofde land inbrengt. 42 (maanden) is ook de tijd van het Beest
(Openb.13:5). Daarna moet deze imitatie van "de Leeuw van Juda" plaats maken voor de Zoon van
David.
Van Abraham tot David telt de lijst
dus veertien generaties, van David tot de Babylonische ballingschap
ook veertien generaties, en van de Babylonische ballingschap tot Christus
wederom veertien generaties, samen 42. ‘Al de geslachten van Abraham tot
David zijn veertien geslachten; van David tot de Babylonische overvoering zijn
er veertien geslachten; en van de Babylonische overvoering tot Christus zijn er
eveneens veertien geslachten’.
Lukas
geeft ook een genealogie van Jezus, maar zijn verslag volgt de afkomst van
Jezus via Zijn moeder Maria. Dit verklaart het verschil in de voorouders van
Eli (waarvan wordt aangenomen dat hij de schoonvader is van Jozef, de
echtgenoot van Maria) tot David.
De
genealogie van Lukas gaat dan ook veel verder dan Abraham, via Noach, Seth en
Adam helemaal tot God zelf, die de mensheid schiep. De
Joodse schrijver Mattheüs, bouwt zijn boek op volgens
het model van de Tora, dat met Genesis begint.
Genesis betekent 'oorsprong, voortbrengsel', maar ook 'stamboom'. Zo heeft Mattheüs als het ware het inleidende zinnetje uit Genesis
5:1 geleend, dat begint met: 'Dit is het boek van de Genesis van Adam'.
Zowel in Mattheüs 1 als in Genesis 5 volgt er dan een
stamboom. Mattheüs gebruikt in zijn geslachtsregister
het getal 14. Dit is de getalswaarde van het Hebreeuwse woord hand (Jod), maar ook van de naam David. De lijn van de
verlossing, waarin wij Gods hand zien, loopt via David. Mattheüs
gebruikt 3 maal het getal 14, omdat er 3 maal 14 pleisterplaatsen waren waar
Israël tijdens de uittocht verbleef (Numeri 33). Het
getal 42 (3x14) spreekt over de weg van slavernij naar verlossing.
In navolging van de 42 pleisterplaatsen in Numeri 33
worden de meeste Torarollen zo geschreven, dat er op
ieder vel 42 regels onder elkaar staan, verdeeld in drie kolommen.
Jezus geboortelijn uit huis van David
Het is de lezer misschien opgevallen
dat de lijn naar Jezus van 1-77 en
van 77-1 en ook de tekst Mattheus 1:17
een verwijzing kan zijn naar Zijn werkelijke geboortedatum -7-1-7 v. Chr.[dit hangt af van de volle
Maanstand – er was namelijk volle Maan in -7 en -1 voor Chr. (in het Joodse
jaar 4151 (ook hier dus in het 4200e jaar). Bovendien speelt elke 1e en 7e in het
rijtje een centrale sleutelrol in de geslachtslijn van Adam tot Jezus.
(01) Adam,
de zoon van God (77)
(02) Seth, de zoon van Adam (76)
(03) Enos, de zoon van
Seth (75)
(04) Kenan, de zoon van Enos (74)
(05) Mahalalel, de zoon van Kenan (73)
(06) Jared, de zoon van Mahalalel (72)
(07) Henoch, de zoon van Jered (71)
(08) Metuselach, de zoon van Henoch (70)
(09) Lamech, de zoon van Metuselac (69)
(10) Noach,de zoon van Lamech (68)
(11) Sem, de zoon van Noach (67)
(12) Arpachsad (Arfaxad) de zoon van Sem (66)
(13) Kenan, de zoon van Arpachsad (65)
(14) Selach, de zoon van Kenan (64)
(15) Eber, de zoon van Selach (63)
(16) Peleg, de zoon
van (H)Eber (62)
(17) Reü, de zoon van Peleg (61)
(18) Serug, de zoon van Reü (Ragau) (60)
(19) Nachor, de zoon van Serug (59)
(20) Terach, de zoon van de zoon van Nachor (58)
(21) Abraham,
de zoon van Terach (57)
(22) Isaak, de zoon
van Abraham (56)
(23)
Jakob, de zoon van Isaak (55)
(24) Juda, de zoon van Jakob (54)
(25)
Peres (Phares), de zoon van
Juda (53)
(26) (Ch)esron, zoon van Peres (Phares) (52)
(27) (Ch)Esrom gewon Aram (51)
(28)
Admin (Aram), zoon
van Arni (50)
(29)
Amminnadab,
zoon van Admin (Aram) (49)
(30) Nachson (Nahason), zoon v. Amminadab (48)
(31) Selach (Salmon),
z. v. Nachson (Nahason-47)
(32) Boaz, de zoon van Selach (Salmon) (46)
(33) Obed, de zoon van Boaz (45)
(34) Isaï (Jesse), de zoon
van Obed (44)
(35) David,
de zoon van Isaï (Jesse) (43)
(36) Nathan,
de zoon van David (42)
(37) Mattattha, de zoon van Nathan (41)
, (38) Menna (Maïnan), de zoon van Mattattha (40)
(39) Meleas, de zoon van Menna (Maïnan) (39)
(40) Eljakim, de zoon van Meleas (38)
(41) Jonan, de zoon van Eljakim (37)
(42) Josef,
de zoon van Jonan (36)
(43) Juda,
de zoon van Jozef (35)
(44) Simeon, de zoon van Juda (34)
(45) Levi, de zoon van Simeon (33)
(46) Matthat, de zoon van
Levi (32)
(47) Jorim, de zoon van Matthat (31)
(48) Eliëzer, de zoon van Jorim (30)
(49)
Jozua (Joses), de zoon van Eliëzer (29)
(50) Er,
de zoon van Joses (28)
(51) Elmadam, de zoon van
Er (27)
(52) Kosam, de zoon van Elmadam (26)
(53) Addi, de zoon van Kosam (25)
(54) Melchie, de zoon van Addie (24)
(55) Neri, de zoon van Melchie (23)
(56) Salathiël, de zoon van Neri (22)
(57) Zerubbabel, de zoon van Salathiël (21)
(58) Resa, de
zoon van Zerubbabel (20)
(59) Joanan, de zoon van
R(h)esa (19)
(60) Joda, de zoon van Joanan (Johannes) (18)
(61) Joscha (Josef), de
zoon van Juda (17)
(62) Semeïn, de zoon van
Josef (16)
(63) Mattathias, de zoon van Semeïn (15)
(64) Maät, de zoon van Mattathias (14)
(65) Naggai, de zoon van Maät (13)
(66) H)esli, de zoon van Naggai (12)
(67) Naüm, de zoon van Hesli (11)
(68) Amos, de zoon van Naüm (10)
(69) Mattathias, de zoon
van Amos (09)
(70) Josef de
zoon van Mattathia (08)
(71) Janna(i), de zoon van Josef (07)
(72) Melchi, de zoon van
Janna(i) (06)
(73) Levi, de zoon van Melchi (05)
(74) Mathtat, de zoon van
Levi (04)
(75) H)Eli, de
zoon van Matthat (03)
(76) Jozef, die de zoon
was van (H)Eli (02)
(77) JEZUS (01)
De profetieën
uit de oudheid hadden herhaaldelijk voorspeld dat de Messias uit het huis van
David afkomstig zou zijn en dat hij een “telg” van Isaï,
Davids vader, zou zijn. Om deze reden is Jezus, vanuit Joods perspectief, van
Koninklijke afkomst en waardig om koning van Israël te zijn. Getal zeven is een
koninklijk getal!! De zevende rij van beneden af naar boven komen we bij David
en van bovenaf naar beneden is Juda de eerste van de rij. Dat zegt zeker, dat
de Heer uit de stam Juda uit het geslacht van David kwam, zoals ook voorspeld
in de Bijbelse Geschriften.
Lukas
3:23-38
23 Jezus
begon zijn verkondiging toen hij ongeveer dertig jaar was. Hij was, zoals
algemeen werd aangenomen, de zoon van Jozef, die de zoon was van Eli, 24 de zoon van Mattat,
de zoon van Levi, de zoon van Melchi, de zoon van Jannai, de zoon van Josef, 25 de zoon van Matthias, de zoon
van Amos, de zoon van Naüm,
de zoon van Hesli, de zoon van Naggai,
26 de zoon van Maät, de zoon van Matthias, de zoon
van Semeïn, de zoon van Josech,
de zoon van Joda, 27 de zoon van Joanan,
de zoon van Resa, de zoon van Zerubbabel,
de zoon van Sealtiël, de zoon van Neri,
28 de zoon van Melchi, de zoon van Addi, de zoon van Kosam, de zoon
van Elmadan, de zoon van Er, 29 de zoon van Jozua, de zoon van Eliëzer, de
zoon van Jorim, de zoon van Mattat,
de zoon van Levi, 30 de zoon van Simeon, de zoon van Juda, de zoon van Josef,
de zoon van Jonan, de zoon van Eljakim,
31 de zoon van Melea, de zoon van Menna,
de zoon van Mattatta, de zoon van Natan, de zoon van David, 32 de zoon
van Isaï, de zoon van Obed,
de zoon van Boaz, de zoon van Selach,
de zoon van Nachson, 33 de zoon van Amminadab, de zoon van Admin, de
zoon van Arni, de zoon van Chesron,
de zoon van Peres, de zoon van Juda, 34 de zoon van Jakob, de
zoon van Isaak, de zoon van Abraham, de zoon van Terach, de zoon van Nachor, 35 de
zoon van Serug, de zoon van Reü,
de zoon van Peleg, de zoon van Eber,
de zoon van Selach, 36 de zoon van Kenan, de zoon van Arpachsad, de
zoon van Sem, de zoon van Noach, de zoon van Lamech,
37 de zoon van Metuselach, de zoon van Henoch, de zoon van Jered, de
zoon van Mahalalel, de zoon van Kenan,
38 de zoon van Enos,
de zoon van Set, de zoon van Adam,
de zoon van God. (77)
|
De geslachtsregisters |
|
Twee evangeliën beschrijven de twee
geslachtslijsten van Jezus: Mathheus 1:1-17 en Lucas
3:23-38. Beiden dragen een lineair karakter. Er wordt hier aangegeven op welke
wijze Jezus van Adam afstamt en de lijn via Abraham.
Mattheus begint bij Abraham om vervolgens uit
te komen bij Jezus, maar Lucas begint andersom en komt uit bij Adam. Beide
lijsten kenmerken zich door fluïditeit, daar in deze selectie enkele namen worden weggelaten.
Mattheus noemt de 3 x 14 generaties tussen Abraham en
Jezus, terwijl Lucas 11 x 7 generaties opsomt van Adam tot Jezus.
Mattheus laat het zo uitkomen, dat Jezus de 7e week inluidt
[na 3 x 2 weken] omdat het Oude Testament zijn hoogtepunt en vervulling via
Zijn komst bereikt. Met Jezus is het ‘Koninkrijk der hemelen’ nabijgekomen.
[Matth. 4:17] – De geslachtslijst van Lucas geeft een verdeling weer van de
wereldgeschiedenis in elf weken [11 x 7]. Deze wordt opgevolgd door de Messiaanse
tijd: de 12e week
der wereldgeschiedenis. Mattheus geeft een zo kort mogelijk
overzicht van de geschiedenis van Israël tot aan Jezus. De apostel
Paulus lijkt niet bepaald
positief te staan over het bijhouden van de genealogieën.
Hij richt zich vooral tegen die
personen die hun afkomst beschouwen als een verdienste voor God. Zie ook Titus
3:9. De Egyptenaren hielden hun godenregisters netjes bij [Zeus=Jupiter, Chronos, Kronos = Saturnus, en Uranus] – [zie GJE.04_175,05].
Nu weten jullie [in het Duits staat
er: Nun wisset ihr einmal genealogiter!] met Wie jullie in de persoon van
de zo buitengewone Galileeër van doen hebben en dat is zeker ook nodig, om een
gunstig oordeel over Hem te kunnen vellen. [GJE.08_06,16].
Waarom lijkt Paulus negatief te staan
omtrent het vaststellen van de geslachtslijnen? Omdat het erop lijkt dat
personen, groepen of volken steeds vaker in het verleden op zoek gaan naar hun
identiteit. Het vlugge doorlezen der
oude geslachtslijsten laat de lezer ‘op een afstand houden’ van de feitelijke
bedoeling en het kan daardoor als nutteloos overkomen, hoewel met enige
inspanning, men de essentie er wel uithaalt.
UpToDate 2023-2024